Blog
Nieuws

In het voorjaar van 2025 - t/m 25 mei - staat het veenlandschap centraal in de Ateliers van De Wieger te Deurne. Er is kunst te zien van twee kunstenaars die met dit onderwerp werken. In haar werk concentreert Annemieke Harkema zich op kwetsbare veengebieden in Nederland, zoals die bij Tienhoven, Botshol en de Deelen en het hoogveengebied Fochteloërveen. Met haar schetsboek trekt Harkema door deze gebieden en legt ze vast. In haar atelier vertaalt ze de schetsen vervolgens in aquarellen, kleine collages of monumentale tekeningen met houtskool en kleurpotlood. Helma Veugen tekent en schildert voornamelijk in een specifiek natuur- en hoogveengebied: Nationaal Park De Groote Peel. Daar werkt ze onbeschut en onder alle weersomstandigheden. Het verleden, de weersomstandigheid van de dag, en ook Veugens eigen stemming vinden hun weerslag in haar schilderijen en litho's die ze Peelwerken noemt. De tentoonstelling is te zien tot en met zondag 25 mei 2025: Open dinsdag tot en met zondag van 12.00 tot 17.00 uur; Oude Liesselseweg 29 ; 5751 WN Deurne www.dewieger.nl
Zie deze link https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/uniek-hoogveenlandschap Deze hommage aan het hoogveenlandschap is gemaakt in samenwerking met een team van de Radboud Universiteit en ondersteund door ons bestuurslid Bjorn Robroek en uitgezonden op 2 juni 2023. Hoe doorstaan hoogveen en kraanvogels stikstof en CO2 overlast en klimaatverandering? Zie: https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/hoogveen-redden-met-matten en https://www.bnnvara.nl/vroegevogels/artikelen/gracieuze-kraanvogels

Al sinds de jaren ’80 is er een nauw verband tussen Ierland en de onderzoeksgroep ‘Plant Ecology and Nature Conservation’ van de Wageningen Universiteit. Meerdere PhD kandidaten zijn er gepromoveerd op proefschriften over Ierse venen. In 2020 is er een nieuw project van start gegaan onder leiding van Matthijs Schouten en Juul Limpens. Samen met Jasper Steenvoorden als onderzoeker gingen zij in september 2021 op pad om de exacte locaties van vegetatiekarteringen terug te vinden die tussen 1978 en 1984 door Matthijs gemaakt werden. Die karteringen van meer dan 40 jaar geleden zouden dan kunnen worden herhaald om te analyseren of de vegetatie sedert die tijd is veranderd door klimaatverandering of door menselijke invloed op veensystemen. De exacte identificatie van de locaties moest gebeuren aan hand van oude gegevens op papier: gekarteerde vegetatiepatronen en getekende transecten - én het geheugen van Matthijs (GPS was in de jaren 1970 nog niet beschikbaar). Tenminste een deel van ruim twintig gekarteerde plekken zou toch herkenbaar moeten zijn? Die verwachting werd overtroffen: het lukte om een groot deel van de locaties terug te vinden (hierbij was een drone van grote betekenis). Uit het onderzoek van Jasper blijkt inderdaad dat de vegetatie significant is verdroogd in de periode 1978–2021: bulten (hoge en droge micro-topografische landschapsvormen) hebben zich in veel karteringen uitgebreid ten koste van poelen en slenken (laaggelegen en natte micro-topografische landschapsvormen). Dit is ook het geval bij karteringen die zich bevinden in de meest natte, centrale delen van veengebieden. Dat is een indicatie voor veranderingen van het ecosysteem. Deels is dit toe te schrijven aan menselijk handelen want een aantal van de gebieden in beïnvloed door drainage en/of beplanting met naaldbomen. Echter, ook in terreinen waar weinig of geen menselijke invloed is voor te stellen, blijkt er in de vegetatie aanwijzingen te zijn voor verdroging. Dat wijst erop dat klimaatverandering invloed heeft op de Ierse veensystemen. Publicatie: https://www.researchgate.net/publication/365890089_There_and_back_again_Forty_years_of_change_in_vegetation_patterns_in_Irish_peatlands Na dit onderzoek is Jasper zich nu meer gaan focussen op het gebruik van drones om de vegetatie-patronen van de Ierse venen in kaart te brengen en te monitoren. Hiermee hoopt hij dat hij het detailniveau van de kaarten van Matthijs kan koppelen aan een groter gebied, om zo meer te kunnen zeggen over veranderingen op de schaal van een heel veen. Hij hoopt deze veranderingen ook te kunnen koppelen aan omgevingsfactoren en functies van het veen. Bovendien wil hij een breed toepasbare methode ontwikkelen om venen met behulp van drones in kaart te brengen. Hiermee kan de voortgang en het succes van restauratie hopelijk nauwkeuriger gemeten worden.
Het langverwachte voorstel voor een verordening inzake natuurherstel dat expliciet gericht is op het herstel van de Europese ecosystemen, is op 22 juni 2022 door de Europese Commissie ingediend. Vervolgens zullen de medewetgevers van de EU, het Europees Parlement en de Raad, hun standpunten, waarover in trialoog vergaderingen zal worden onderhandeld, ontwikkelen en verder bespreken. Dit is een jaar van belangrijke internationale momenten voor natuur en klimaat, met de UNFCCC COP27, Convention on Biological Diversity (CBD) COP15 en Ramsar COP14 die allemaal plaatsvinden in 2022. De EU en haar lidstaten kunnen een leidende rol spelen op het internationale toneel door in eigen land het juiste voorbeeld te geven. De verordening inzake natuurherstel, ook wel natuurherstelwet (NRL) genoemd, kan een game-changer zijn, transformatie op grote schaal teweegbrengen, belangrijke stappen vormen om de klimaatverandering te beperken, EU-burgers helpen zich aan te passen aan een warmer en onstabieler klimaat, bijdragen aan een betere werking van ecosystemen, de catastrofale achteruitgang van de biodiversiteit vertragen en stoppen, en duurzame en veerkrachtige economieën stimuleren. Natuurbeschermers en wetenschappers die zorgen voor wetlands en veengebieden in de hele EU juichen het voorstel van de EU toe en waarderen met name de doelstelling om gedraineerde veengebieden voor agrarisch gebruik te herstellen buiten veengebieden die zijn opgenomen in bijlage I bij habitatrichtlijn 92/43/EEG. Zij willen echter de lat hoger leggen. Twee organisaties, het ‘Greifswald Mire Centre’ en ‘Wetlands International’ hebben samen in september 2022 een beleidsnota opgesteld. Het is een oproep aan alle besluitvormers op om de voorgestelde doelen te verbeteren om een transformatiepad te bereiken dat leidt tot netto nul CO2-uitstoot van veengebieden tegen 2050. Een samenvatting van de aanbevelingen van deze beleidsnota: A. Maak herbevochtiging een voorwaarde voor het herstel van veengebieden Artikel 9.4 stelt afzonderlijke doelstellingen voor herstel en herbevochtiging van veengebieden voor, maar dit onderscheid is onjuist. Het herstel van aangetast veengebied vereist verbetering van de hydrologische omstandigheden, in de eerste plaats door herbevochtiging. Volgens de huidige doelstellingen zou hooguit 7,5% (tegen 2030), 25% (tegen 2040) en 35% (tegen 2050) van de drooggelegde veengebieden die voor de landbouw worden gebruikt, effectief worden hersteld door herbevochtiging. De huidige streefcijfers liggen dus ver onder wat kan en moet worden bereikt voor de overkoepelende klimaatverbintenissen. B. De voorgestelde doelstellingen zijn ontoereikend en moeten aanzienlijk worden verhoogd. Het bereiken van de voorgestelde doelstellingen (met inbegrip van volledige herbevochtiging zoals hierboven beschreven) voldoet niet aan de Overeenkomst van Parijs, aangezien slechts ongeveer 25 % van de huidige broeikasgasemissies van landbouwgronden tegen 2050 zal zijn verminderd. Een volledige stopzetting van de drainage van veengebieden en het omkeren van de effecten van bestaande drainage zijn onvermijdelijk om de kernimplicatie van de Overeenkomst van Parijs te bereiken - nul netto CO2-uitstoot tegen 2050. De EU heeft deze doelstelling zelfs aangescherpt door ernaar te streven tegen 2050 klimaatneutraal te zijn met netto. Een hogere ambitie voor gedraineerde veengebieden is daarom nodig voor consistentie in het beleid en om te voorkomen dat drooggelegd veengebied een enorme bron van koolstofverliezen blijft in de AFOLU-sector (landbouw, bosbouw en landgebruik). C. Het toepassingsgebied van de doelstelling wordt uitgebreid tot al het niet-residentiële landgebruik op drooggelegd veengebied De focus op drooggelegd veengebied onder agrarisch gebruik geeft prioriteit aan de broeikasgasemissiehotspots, maar negeert grotendeels andere soorten landgebruik, zoals drooggelegde veengebieden die worden gebruikt voor bosbouw. De doelstellingen moeten worden geformuleerd voor "organische bodems die gedraineerde veengebieden vormen onder elk landgebruik, met uitzondering van woonwijken". D. Maak ook voor het herstel van veengebieden het monitoren verplicht zoals vastgelegd in Artikel 17. Artikel 17 verplicht de lidstaten om bijna alle soorten ecosystemen, met uitzondering van het herstel van veengebieden, op gedraineerde organische grond te monitoren, en deze omissie moet worden verholpen.

In de Irish Times is op 26 mei 2022 een artikel geplaatst dat o.a. is gebaseerd op een interview met onze voorzitter Matthijs Schouten 'als Nederlandse expert' in Ierse venen. Wij citeren: "Schouten is zich ook bewust van de voortdurende controverse over turf-cutting en turbary-rechten (het recht om turf te maaien op je eigen land en op gemeenschappelijke gebieden). Minister van Milieu Eamon Ryan wil de commerciële verkoop van turf (gedroogd veen) verbieden als onderdeel van het landelijke verbod op het verbranden van alle rookbrandstoffen (inclusief nat hout en kolen) om de luchtkwaliteit te verbeteren en de koolstofemissies te verminderen. ...... De chief executive van de Irish Peatlands Conservation Council, Nuala Madigan, neemt deel aan het gesprek op video en zegt: "We willen dat onze moerassen onze klimaatkampioenen zijn. Een voortdurende uitdaging in Ierland is het herconfigureren van national heritage areas [NHAs zijn gebieden die planten- en diersoorten bevatten waarvan de habitats bescherming nodig hebben], zodat voorgestelde NHA's worden aangewezen [om ervoor te zorgen] dat ontginning niet op deze locaties kan plaatsvinden. Voor de volledige tekst zie https://www.irishtimes.com/news/science/a-dutch-expert-irish-bogs-are-extraordinarily-valuable-1.4873246
The origin of alkaline fen in the Mosbeek Valley in the Netherlands is due to human impact rather than a natural development. Smeenge, H., Kooijman, A., Brinkkemper, O., Mars, H.d., Mauquoy, D. & van Geel, B. (2022) . Research paper; first published April 18, 2022. https://journals.sagepub.com/doi/10.1177/09596836221088230
Bericht ontvangen van de IPCC: The year 2022 marks 40 years since the foundation of the Irish Peatland Conservation Council. We are working this year to update IPCC’s Save the Bog Story that was published to celebrate 15 years taking action for bogs in the 1990’s. See the story in the Autumn edition of Peatland News 2022 Visit http://www.ipcc.ie to learn all about the Save the Bogs Campaign or to arrange your visit to the Bog of Allen Nature .
Persbericht: 7 juli 2021 De Verenigde Naties erkennen het grote Ierse turflandherstel-initiatief

Zet de data alvast in uw agenda : 7 en 8 oktober 2021 (Online) ‘Peatlands Gathering 2021: a new beginning’! Deze samenkomsten én 'Field Trips"in Ierland op 9 oktober worden georganiseerd door o.a. Dr. Catherine Farrell (Postdoctoral Researcher at Trinity College Dublin). U kunt zich gratis registeren via Eventbrite. Website https://www.peatlandsgathering.com
In december 2020 is een artikel met deze titel gepubliceerd in OIKOS (open access) waar de stichting aan heeft bijgedragen. Interacties tussen plant- en microbiële gemeenschappen in veengebieden zijn complex, maar cruciaal voor het functioneren van deze ecosystemen die een belangrijke rol spelen in de mondiale koolstofopslag. Ons begrip van hoe klimaatverandering belangrijke processen in venen –zoals koolstofopslag– beïnvloedt, is grotendeels gebaseerd op veronderstelde vaste relaties tussen boven- en ondergrondse gemeenschappen. Het werk van de auteurs toont aan dat de veranderingen in plant-microbiële interacties langs milieu- en klimatologische gradiënten sneller verloopt dan de verandering soortensamenstelling binnen beide gemeenschappen. Uiteindelijk resulteert dat in een ontkoppeling van de alfadiversiteit tussen plant- en microbiële gemeenschappen. Het onderzoek toont aan dat door opwarming en toegenomen nutriënt depositie de interacties tussen planten en microben worden verzwakt. Daardoor kan de algehele robuustheid van ecosysteemprocessen in veengebieden verzwakt worden en minder bestand zijn tegen toekomstige veranderingen in het klimaat. De auteurs zijn Bjorn J. M. Robroek, Magalí Martí, Bo H. Svensson, Marc G. Dumont, Annelies J. Veraart and Vincent E. J. Jassey .... Rewiring of peatland plant–microbe networks outpaces species turnover